• Padar island Komodo
  • Bromo
  • Raja Ampat
  • Duikvakanties Indonesië
  • Borobudur
  • Tanah Toraja
  • Turtle
  • Ombak Putih
  • Bali sunset
  • Baliemfestival
  • Kawah IJen
  • Bohorok
  • Tangkahan
  • Samosir
  • Baturraden
  • Pink beach Komodo
  • Whaleshark Kalimantan

Reisverslag Indonesië

Inspectiereis naar oost Kalimantan

Twee dagen na mijn huwelijk met mijn lief Monique gingen we formeel op inspectiereis naar oost Kalimantan. Een combi met onze huwelijksreis, dus het moest ook wel een lekker rustige reis worden. En dat is het ook geworden. Heerlijk relaxed een week op de boot over de mighty Mahakam, vier dagen zonnen, snorkelen en duiken op het bounty-eilandje Derawan en nog drie dagen de jungle in van Kutai National park.


Mahakam Rainforest rivercruise

Na wat gestress vanwege een gecancelde vlucht kwamen we in plaats van 3 uur in de middag om 12 uur 's nachts aan in Balikpapan. Lukman, onze gids, stond ons op te wachten op de gloednieuwe en ijskoude luchthaven. Het was nog een dikke twee en een half uur rijden naar Samarinda, waar onze houseboat op ons lag te wachten. Dus om half drie kwamen we aan en zat Lucas, onze Kalimantan agent, nog op de boot te wachten om ons welkom te heten. Onderweg zei ik tegen Lukman dat ik wel aan een biertje toe was. Onmogelijk volgens hem, maar 10 minuten na aankomst kwamen er toch een paar blikjes koude Bintangs aan!
Rond half vier zette de kapitein koers op de rivier en genoten we nog even vanaf ons terrasje van de Mahakam by night.
Vanwege de late-arrial had Lucas het programma drastisch ogegooid, zodat we niets hoefden te missen. We varen in twee dagen stroomopwaarts naar het dorp Tring. Na het ontbijt zitten we relaxed op ons terras en genieten van hoe de mensen leven, werken en wonen op en langs de rivier.
Op het eind van de middag kwamen we aan in Melak. Superman Lukman had inmiddels geregeld dat we 's nachts daar Nederland-Mexico konden kijken. De plaatselijke imam had een widescreen voor de moskee opgesteld en met een stuk of 50 locals genoten van de strakke volley van Wesley en de coole strafschop van de Hunt.
De volgende ochtend met de auto naar het dorpje Eheng waar we de chaotische nasleep van een begrafenisceremonie meemaakten in het authentieke longhouse. Hier wonen nog een zestal families samen in een écht lang huis en zaten mensen en dieren te genieten van de resten van het uitgebreide feestmaal van de vorige dag. Bijzonder was ook de enorme rotzooi van afval onder en rond het huis. We hebben overigens de uitnodiging om mee te eten afgeslagen...
Na het longhouse doorgereden naar Kersik Luway om de zwarte orchideeën te zien groeien in het wild. Erg mooi en lekkere wandeling. Vervolgens door naar Ombau Asa om de waterval te zien en voelen. Leuk, maar we hebben imposantere watervallen gezien.

's Nachts en de volgende dag weer verder doorgevaren naar Tring, het hoogste punt in de Mahakam waar onze houseboat kan varen. Onze kok aan boord, Ibu Mien, maakt ondertussen de heerlijkste gerechten klaar!
De kapitein en matroos zijn zeer alert, want roepen plotseling onderweg: Dolpin! En ja hoor, een vijftal zoetwater dolfijnen laten zich zien. Logge dolfijnen, zonder spitse neus, komen half het water uit.

Vanaf Tring gaat het vervoer stroomopwaarts alleen nog per gemotoriseerde kano. Helaas hadden we een regenachtige dag. En met een snelheid van zo'n 30 tot 40 km/uur blijf je zelfs onder een dakje op de kano niet helemaal droog.
We varen eerst naar het hoogste punt, Rukun Demai. Normaliter brengen we hier ook de nacht door om naar de stroomversnellingen te gaan, maar we hebben pech: er staat te veel water, zodat we die niet kunnen bezoeken. Wel rondgewandeld in het prachtige dorpje met een mooi longhouse. Van de oude Dayak cultuur zien we niet heel veel, de oudere dames met de lange oren sterven langzaam aan uit...
Op de terugweg stoppen we in Data Bilang, ook een Dayak dorp. Ook hier zien we dat de Dayak tradities aan het verdwijnen zijn. Het dorp heeft twee longhouses, waarvan er een toch wel erg slecht wordt onderhouden. Mede door de regen gaf Data Bilang een beetje een troosteloze indruk.
Terug op de houseboat in Tring genieten we rond zonsondergang van al het leven rond de rivier: voor ons is een viskwekerij waar net de vissen worden gevoerd, iets verderop legt een pontje om de tien minuten aan om brommers en wandelaars over te zetten en koem regelmatig vissers hun vangst verkopen op de vaste wal. Monique heeft ondertussen grote lol met Miranda, een autistisch meisje van 6 jaar die al snel de gebaren leert van ons kleuterliedje 'In de maneschijn' en vervolgens de rollen omdraait en Monique allerlei bewegingen laat nadoen. Dat past wel in onze slogan 'bijzondere ontmoetingen'...
De volgende ochtend maakten we een wandeling door het oude Tring Lama, ook een Dayak dorp. Alle wegen zijn hier gemaakt van hout en het is een genot hier rond te wandelen en via de gids een praatje links en recht te maken met de bevolking. Bijzonder ook om even binnen te wandelen in het hospitaaltje dat tot voot kort werd gerund door een Nederlandse missionaris.

Langs de grote rivier overheerst het beeld van economische bedrijvigheid, variërend van vissers tot houtindustrie en steenkool. De excursie per motorkano naar Bolowan nam ons mee de jungle in, waar we konden genieten van wildlife. Vooral de Kingfisher, een bont gekleurde vogel, liet zich vaak zien, maar ook hornbills, neusapen, slangen, leguanen en zelfs een otter lieten zich regelmatig zien.
Een andere mooie excursie ging via het Jempang meer en pittoreske vissersdorpjes naar Mancong, waar we werden getrakteerd op traditionele Dayak dans die geen moment verveelt.

De laatste dag zakken we weer verder de rivier af en stoppen nog bij de stad Tenggarong om het paleis van de sultan te bezoeken. Dat moet h=je dus niet op vrijdag doen, want dan is het gesloten. Wel leuk om op de markt nog wat inkopen te doen.

Dan wordt het tijd om afscheid te nemen van kapitein, matroos en kokkie, die er alles aan hebben gedaan om ons in de watten te leggen. Het is ze ruimschoots gelukt en we geven ze ook met veel plezier een fooi van Rp. 50.000 per dag.
We kruipen weer in de auto en rijden terug naar Balikpapan, waar we voor even afsheid nemen van Lukman, onze gids.


Bounty eilandjes Derawan, Sangalaki en Kakaban

Vanuit Samarinda, het begin- en eindpunt van de Mahakamcruises, vliegt drie keer per week een klein vliegtuig naar Berau. Wij zaten daar net twee dagen vanaf, dus reden we eerst 2,5 uur naar Balikpapan waar dagelijkse vluchten naar Berau worden uitgevoerd. Daar aangekomen stond onze chauffeur al op ons te wachten om in een kleine 3 uur naar de kust te rijden. Het laatste stukje legden we in een half uur af per speedboot.
Derawan is een klein eilandje met misschien honderd huizen, een twintigtal homestays en een paar lodges en resorts.
Wij zaten in Reza lodge. Een stuk of 10 eenvoudige, maar schone cottages met airco en warme douche, boven de zee gebouwd. Onder de steiger zie je de vissen zwemmen, en toen ik daar 'druk mee bezig' was zag ik opeens een zeeschildpad. Geen kleintje, maar ergens tussen de meter en anderhalf. Ik riep meteen Monique die net als ik verwonderd stond te kijken, vooral toen hij zijn kop even boven water stak. Toen zag ik er nog één, en nog één... Derawan blijkt een waar turtle island te zijn en als je een uurtje gaat snorkelen kom je er zeker tien tegen.

Ik had afgesproken om één dag te gaan duiken. En als er ergens mantaroggen zijn, wil ik die graag zien. De volgende dag voeren we in een uurtje naar een nog kleiner en mooier eilandje, Sangalaki. Bij Mantapoint konden we de roggen al vanuit ons bootje zien. Monique, panisch voor haaien, koos er voor om aan boord te blijven en heeft de manta's als dolfijnen zien speen. Zelf zat ik een meter of 12 dieper en heb zeker 6 witte en twee zawrte manta's van onderen mogen aanschouwen. Op Sangalaki staat een brandnieuw resortje met keurige cottages en een prachtig restaurant. In de avonduren komen zeeschildpadden hier op het strand hun eieren leggen en als er jonkies zijn kunnen de gasten de kleintjes op het strand uitzetten, waarna ze als een haas het ruime sop kiezen.

Een ander bijzonder eilandje is Kakaban, een half uur verder varen. Voordat je aankomt is het eerst tijd om met de vele dolfijnen te spelen op de Dolphin playground. Op het eiland zelf is een meertje, boordevol oranje kwallen. Gasten worden geacht tussen de kwallen te gaan snorkelen. De kwallen steken niet en geven dus geen jeuk. Voor ons leek het, zeker in de regen, niet aantrekkelijk. Later zijn we nog wel vanaf het strand gaan snorkelen, boven de rifmuur. Prachtig koraal, kleurrijke vissen en, ja alweer, schildpadden.

Duikers kunnen hier ook nog hun hart ophalen aan haaien en barracuda's.

De laatste dag genoten we nog even van ons povere ontbijtje voor we terugvoeren, reden en vlogen naar Samarinda.

Een dikke aanrader voor wie van relaxen, duiken, snorkelen en lekker eten houdt!